We smokkelden boeken achter het IJzeren Gordijn - Naar landen waar geestelijken niet mochten werken.
Stáhnout obrázek
Jan Kraaijeveld werd op 25 augustus 1954 geboren in Sliedrecht, ten zuiden van Rotterdam, in een zeer gelovige en grote protestantse familie. Gebeden, hymnen, psalmen en regelmatige kerkbezoeken waren hun dagelijks brood. Hij ging theologie studeren in Utrecht, waar hij Hebe Charlotte Kohlbrugge ontmoette, die hulp organiseerde in de landen van het Oostblok. Hij raakte er zelf ook bij betrokken, eerst als student en later als predikant. Samen met zijn collega Henri Veldhuis reisde hij naar Roemenië, Tsjechoslowakije en de DDR – eerst met de auto, later met een speciaal aangepaste caravan. In Wenen of Neurenberg laadden ze boeken in die bestemd waren voor mensen achter het IJzeren Gordijn en namen op de terugweg manuscripten, foto’s en microfilms mee. In Miroslav ontmoetten ze persoonlijk de families Kalus en Ryšavý, de familie Brodský, en in Praag Miloš Rejchrt, Jakub Trojan, Ladislav Hejdánek en Martin Palouš. Ook in Nederland moesten ze echter zwijgen over hun gevaarlijke activiteiten in de landen achter het IJzeren Gordijn. Na 1989 organiseerde Jan Kraaijeveld cursussen voor evangelische predikanten in Tsjechië – dit keer officieel, zonder geheimhouding. Toch voelde hij zich nog steeds beschaamd om over bepaalde dingen openlijk te spreken en precies te beschrijven hoe het smokkelen van boeken plaatsvond. Hij was daar zo aan gewend geraakt in de tijd van het IJzeren Gordijn.